De kwaliteit van pestbeleid op basisscholen: Een casestudy van Antwerpse lagere scholen in een OVSG-context. Valckx, Stephanie UAntwerpen 2012

Deze masterproef wil verslag uitbrengen van een studie naar de kwaliteit van het geschreven pestbeleid in stedelijke, lagere scholen in de stad Antwerpen. De literatuurstudie bestaat uit twee delen. Het eerste deel beschrijft het juridisch kader waarmee Vlaamse scholen rekening moeten houden in het uittekenen van een pestbeleid. Hier wordt duidelijk dat het Verdrag van de Rechten van het Kind een belangrijke bron voor normering terzake is. Daarentegen heeft Vlaanderen zelf geen wettelijk kader ontwikkeld dat inspeelt op deze materie. De vormgeving van het pestbeleid wordt veelal overgelaten aan plaatselijke initiatieven van scholen. Het tweede deel van de literatuurstudie bestaat uit wetenschappelijk onderzoek naar kenmerken van een ‘goed pestbeleid’. Hierin wordt bovendien aangetoond dat een geschreven pestbeleid leidt tot een vermindering in pestincidenten.
Er wordt gekozen voor een casestudy van zeven lagere OVSG-scholen in de stad Antwerpen. In eerste instantie wordt een documentanalyse uitgevoerd van het geschreven pestbeleid van deze scholen. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een bestaande criterialijst. In tweede instantie worden er vijf interviews besproken van directeurs of zorgcoördinatoren van de geselecteerde scholen.
Het onderzoek wijst uit dat niet alle Antwerpse scholen over een geschreven pestbeleid beschikken.
In de onderzochte scholen varieert de kwaliteit ervan. De resultaten wijzen uit dat het pestbeleid vooral gezien wordt als een houvast om problemen aan te pakken. In de definiëring van pesten is er veel aandacht voor de gevolgen voor de slachtoffers, maar deze aandacht vertaalt zich niet in de praktijk, waar vooral gefocust wordt op de pester en het verbeteren van zijn gedrag. De leemtes situeren zich in het tegen gaan van racisme, ongewenst seksueel gedrag, cyberpesten, steaming en hate speech. Bovendien wordt er voor het opstellen van het pestbeleid weinig beroep gedaan op leerlingen, ouders of de gemeenschap. De onderzochte scholen geven wel aan bij wie kinderen terecht kunnen met hun problemen en volgen meestal stapsgewijze procedures. De onderzochte scholen voorzien niet in aangepaste strafprocedures voor pestgedrag. Alle scholen besteden veel aandacht aan preventieactiviteiten om pesten te voorkomen. De meerderheid van de onderzochte basisscholen heeft geen uitgebreid netwerk om het pesten aan te pakken.