De invloed van sociale cognitie op pesten. S. Strøm

In deze literatuurstudie is gekeken naar de invloed van sociale cognitie op pesten. Aan de hand van twee prominente theorieën binnen de sociale cognitie, de theorie van sociale informatieverwerking en theory of mind, is de volgende probleemstelling aan de orde geweest: “Zijn kinderen die pesten sociaal meer of minder ontwikkeld dan hun leeftijdsgenoten?” Het eerste model veronderstelt dat kinderen die pesten een beperking hebben in de sociale informatieverwerking.
Een aantal wetenschappelijke publicaties heeft de samenhang tussen deficiënties in de sociale informatieverwerking en pesten aangetoond. Het tweede model veronderstelt, in tegenstelling tot het eerste, dat in sommige gevallen van pesten sprake is van een intentie. Dit model veronderstelt dat sommige pesters zeer bekwaam zijn in sociale situaties, maar dat ze hun sociale intelligentie gebruiken voor machiavellistische doeleinden. Uit onderzoek bleek er een positieve correlatie te bestaan tussen pesten en sociale intelligentie. Omdat de modellen van sociale cognitie geen sluitende verklaring bieden voor pestgedrag werd ook gekeken naar de rol van de morele emoties en empathie bij pestgedrag. Uit resultaten bleek morele terugtrekking samen te hangen met pestgedrag. Verder werd een correlationeel verband aangetoond tussen pesten een empathische responsiviteit. Kinderen die meer empathie hebben, blijken minder betrokken bij pesten, dan kinderen die lager scoren op empathie.
Vervolg onderzoek zou gericht moeten worden op de verder exploratie van sociaal intelligente pesters, morele emoties en empathie.