Cyberpesten voor de lol. Nanda Appelman

Internet biedt naast vele mogelijkheden, zoals het versterken of opdoen van contacten, ook risico‟s zoals cyberpesten. Jongeren zijn veelgebruikers van het internet. Een verklaring hiervoor is dat zij contact met leeftijdgenootjes erg belangrijk vinden. Jongeren dragen zelf ook bij aan cyberpesten in de rol van dader. Dit blijkt uit een enquête die in dit onderzoek is afgenomen onder jongeren van 12 tot en met 14 jaar (n = 217). Zo heeft ruim 40% van deze jongeren wel eens gepest via MSN en in online games, een derde via sociale netwerksites en YouTube, en een kwart in chatboxen. De handelingen om te cyberpesten waren uiteenlopend. De meest genoemde handeling om te cyberpesten in chatboxen was als enige onaardig zijn tegen of over een andere in een groepsgesprek, via MSN om bewust niet te reageren op een ander, bij sociale netwerksites door negatief te stemmen op de poll van een ander, in online games door onaardig te zijn tegen een ander en bij YouTube het plaatsen van onaardig commentaar bij een video van een ander. Ook de redenen om over te gaan tot cyberpesten waren uiteenlopend, namelijk „voor de lol‟ als meest genoemde reden om te cyberpesten in chatboxen en via YouTube, „omdat de ander het ook deed‟ in online games en via sociale netwerksites en „omdat de ander onzin of teveel vertelde en diegene daar geen tijd voor had of zin in had‟ tijdens het chatten via MSN. Geslacht lijkt van invloed op cyberpesten via verschillende internettoepassingen. Zo pesten jongens vaker dan meisjes in chatboxen en via sociale netwerksites, en meisjes pesten vaker jongens via MSN en in online games.
In eerder onderzoek is aangegeven dat de internetkenmerken anonimiteit, tijd- en plaatsonafhankelijkheid, beperkte supervisie, openbaarheid van informatie en het ontbreken van directe non-verbale signalen invloed kunnen hebben op cyberpesten. In dit onderzoek is gekeken naar de aanwezigheid van deze internetkenmerken bij diverse internettoepassingen om zo een verwachting van cyberpesten te kunnen geven. Daaruit ontstond de verwachting dat online video communities (de internettoepassing YouTube) op basis van haar internetkenmerken de meeste aanleiding geeft tot online pestgedrag. Tevens werd verwacht dat virtuele communities (de internettoepassing Habbo) het minste aanleiding geeft tot online pestgedrag. De resultaten uit de enquête wezen echter uit dat door jongeren via MSN en in online games het meest online gepest wordt, en het minst wordt online gepest in chatboxen. Hierdoor is duidelijk geworden dat er geen verwachting van cyberpesten kan worden gemaakt op basis van internetkenmerken.