Cyberpesten feit of fictie? Krawcxzyk Penny

Het Carbooncollege, locatie Emma is een vmbo-school in Hoensbroek. Onder de naam Carbooncollege vallen nog drie andere scholen in de regio Parkstad, namelijk de locatie Broekland en Sint-Jan te Hoensbroek én het Rombouts te Brunssum.

De locatie Emma is opgebouwd uit een apart gebouw voor de bovenbouw en een apart gebouw voor de onderbouw. De bovenbouw bestaat uit derde- en vierdejaars leerlingen. Als stagiaire in de leerlingbegeleiding was het de taak om leerlingen te begeleiden in sociaal-emotioneel opzicht. Het kon gaan om leerlingen die problemen hadden met zichzelf, met andere leerlingen, met bepaalde leerkrachten, met het leren zelf of problemen in de thuissituatie. Voor deze leerlingen werd een traject van preventieve hulpverlening opgezet. Daarnaast had de stagiaire een signalerende functie in het opvanglokaal van de school. Een lokaal waar kinderen met sociale (en/of emotionele) problemen terecht konden of naar verwezen werden door een docent. Dit lokaal staat ook wel bekend onder de naam lokaal 130.

Tijdens het werk in de leerlingbegeleiding werden regelmatig ruzies begeleid naar aanleiding van gesprekken en pesterijen via internet en andere digitale bronnen. Leerlingen maakten buiten school ruzie met elkaar via digitale bronnen én vochten het vervolgens uit binnen de school. Daarom vroeg de leerlingbegeleiding zich af of er iets aan gedaan kon worden. De school wist dat zich voorvallen van cyberpesten voordeden, maar er was niet bekend in hoeverre deze voorvallen plaatsvonden, of deze voorvallen door betrokkenen als een probleem werden gezien, en of er vanuit school iets aan gedaan kon worden.

Voordat er tot een oplossing gekomen kon worden, zou eerst een inventarisatie moeten plaatsvinden van de mate van vóórkomen van het fenomeen cyberpesten op deze locatie. Daarbij werd onderzocht of cyberpesten daadwerkelijk een probleem vormde voor de school om er daadwerkelijk geschikte oplossingen voor aan te bieden. De school bood de stagiaire de mogelijkheid om een onderzoek te doen naar oplossingen van cyberpesten. De vraagstelling luidt daarom als volgt: Hoe kan op de bovenbouw van het Carbooncollege locatie Emma worden omgegaan met het fenomeen cyberpesten?

Op basis van een inventariserende onderzoeksvorm werd gebruik gemaakt van twee zelfgemaakte enquêtes. Deze enquêtes werden afgenomen onder leerlingen en alle mentoren van de bovenbouw. Dit waren in totaal 155 leerlingen én 29 mentoren.

Uit de enquêtes kwam naar voren dat op dit moment vijf leerlingen als cyberpester actief zijn, maar ook dat er twee leerlingen op dit moment slachtoffer zijn van cyberpesten.

Tevens bleek uit het onderzoek dat een klein deel van de mentoren en leerlingen cyberpesten als een probleem zien voor de school. De oorzaken van cyberpesten werden ook onderzocht. De meeste mentoren waren van mening dat de oorzaken van het gewone pesten ook gelden voor cyberpesten, alleen in het verlengde ervan. De meeste leerlingen vonden dat uiterlijke kenmerken van de zondebok een oorzaak kon zijn van cyberpesten.

Voor de beantwoording van de hoofdvraag over de manier waarop kan worden omgegaan met het fenomeen cyberpesten, werden verschillende oplossingsmogelijkheden aangereikt door mentoren en leerlingen. De genoemde oplossingen van de betrokkenen worden daarom ook als aanbevelingen genomen.

Uit dit onderzoek kon deskundigheidsbevordering voor mentoren aangaande het fenomeen cyberpesten aanbevolen worden. Dan kwam de school met de aanbeveling om een voorlichting/gastles voor leerlingen te gaan verschaffen om ze op de hoogte te brengen van de negatieve effecten van cyberpesten. Ook werd de school aanbevolen om ouders van daders en slachtoffers erbij te gaan betrekken. Verder kwam uit dit onderzoek naar voren dat het pestprotocol van het Carbooncollege aangepast zou kunnen worden aan deze nieuwere vorm van pesten. Bovendien werd aanbevolen de huidige trainingen voor leerlingen, zoals sociale vaardigheden en de assertiviteitstraining te evalueren met betrekking tot cyberpesten.

Als laatste concludeerde dit onderzoek een aantal aanbevelingen voor de leerlingen. Allereerst werd aanbevolen dat leerlingen meteen de contactpersoon moesten verwijderen als zij te maken hadden met cyberpesten. Ten tweede werd aanbevolen om in geval van cyberpesten contact op te zoeken met betrouwbare personen.